Opmerking: Het vervangen van onderdelen die hierboven niet worden genoemd, inclusief de ingebouwde oplaadbare batterij, moet worden uitgevoerd door een reparatiebedrijf dat door Lenovo is geautoriseerd. Ga voor meer informatie naar https://support.lenovo.com/partnerlocator.
Snel opstarten en de geïntegreerde batterij uitschakelen
Voordat u een CRU vervangt, moet u eerst Snel opstarten uitschakelen en vervolgens de ingebouwde batterij uitschakelen.
Snel opstarten uitschakelen:
Ga naar het Configuratiescherm en selecteer de weergave Grote pictogrammen of Kleine pictogrammen.
Klik op Opties voor Energiebeheer en klik daarna op Het gedrag van de aan/uit-knop bepalen in het linkerdeelvenster.
Klik bovenaan op Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn.
Klik op Ja als dat wordt gevraagd door Gebruikersaccountbeheer.
Schakel het selectievakje Snel opstarten inschakelen uit en klik daarna op Wijzigingen opslaan.
De ingebouwde batterij uitschakelen:
Start de computer opnieuw op. Druk zodra het logoscherm verschijnt onmiddellijk op de toets F1 om het UEFI BIOS-menu weer te geven.
Selecteer Config ➙ Power. Het submenu Power verschijnt.
Selecteer Disable Built-in Battery en druk op Enter.
Selecteer Yes in het bevestigingsvenster. De ingebouwde batterij wordt uitgeschakeld en de computer wordt automatisch uitgezet. Wacht drie tot vijf minuten om de computer te laten afkoelen.
Opmerking: Verwijder de klep aan de onderkant niet als uw computer is aangesloten op de netvoeding. Als u dat wel doet, bestaat er een risico van kortsluiting.
Zet de computer uit en ontkoppel de computer van de netstroom en alle aangesloten kabels.
Sluit het beeldscherm en keer de computer om.
Verwijderingsprocedure
Installatieprocedure
Problemen oplossen
Als de computer niet opstart nadat u de klep aan de onderkant weer hebt geplaatst, koppelt u de netvoedingsadapter los en sluit u deze vervolgens opnieuw aan op de computer.
Attentie: Als u een M.2 SSD-station hebt vervangen, moet u mogelijk een nieuw besturingssysteem installeren. Ga voor meer informatie over het installeren van een nieuw besturingssysteem naar 'Een Windows-besturingssysteem en stuurprogramma's installeren'.
Het M.2 SSD-station is bijzonder gevoelig. Bij verkeerde behandeling kan er schade aan het station ontstaan en kunnen er gegevens verloren gaan.
Als u met het M.2 SSD-station werkt, neem dan de volgende richtlijnen in acht:
Vervang het M.2 SSD-station alleen voor een reparatie. Het M.2 SSD-station is niet ontworpen om het regelmatig te verwisselen of te vervangen.
Voordat u het M.2 SSD-station vervangt, moet u een back-up maken van alle gegevens die u wilt behouden.
Oefen nooit druk uit op het M.2 SSD-station.
Raak de contactrand of de printplaat van het M.2 SSD-station niet aan. Als u dat wel doet, kan het M.2 SSD-station beschadigd raken.
Stel het M.2 SSD-station niet bloot aan schokken of trillingen. Plaats het M.2 SSD-station op zacht, schokdempend materiaal, zoals een zachte doek.
Mogelijk wordt het M.2 SSD-station door Mylar-folie bedekt. Verwijder eerst de Mylar-folie om toegang te krijgen tot het M.2 SSD-station. Beschadig de Mylar-folie niet en bevestig deze niet na de installatie.
Er kunnen thermische matten zitten aan de boven- en onderkant van het M.2 SSD-station. Controleer of de thermische mat onder het M.2 SSD-station op zijn plaats blijft na vervanging van het station.
Verwijderingsprocedure (voor ThinkPad Z16 Gen 1)
Draadloos-WAN-kaart (voor bepaalde modellen)
De volgende informatie heeft alleen betrekking op de computer met modules die de gebruiker kan installeren. Zorg ervoor dat u een door Lenovo goedgekeurde draadloze module gebruikt die speciaal is getest voor dit computermodel. Anders genereert de computer een geluidssignaal dat een foutcode aangeeft wanneer u de computer aanzet.
Mogelijk wordt de draadloos-WAN-kaart door Mylar-folie bedekt. Verwijder eerst de folie om toegang te krijgen tot de draadloos-WAN-kaart.
Zorg er tijdens de installatie voor dat u de kabels met verschillende kleuren aansluit op de overeenkomstige aansluitingen op de kaart volgens de onderstaande afbeeldingen: de oranje kabel naar de aansluiting met het label ORANGE, de blauwe kabel naar de aansluiting met het label BLUE.
Verwijderingsprocedure (voor ThinkPad Z16 Gen 1)
Opmerkingen:
Mogelijk wordt de draadloos-WAN-kaart door Mylar-folie bedekt. Verwijder eerst de folie om toegang te krijgen tot de draadloos-WAN-kaart.
Zorg er tijdens de installatie voor dat u de kabels met verschillende kleuren aansluit op de overeenkomstige aansluitingen op de kaart volgens de onderstaande afbeeldingen: de oranje kabel naar de aansluiting met het label ORANGE, de blauwe kabel naar de aansluiting met het label BLUE.